2 Petrus
DE TWEEDE ALGEMENE BRIEF VAN DE APOSTEL PETRUS
Evenals de zwanenzang van Mozes, zoals de afscheidsrede van Paulus aan de ouderlingen van Efeze, zo is ook dit laatste woord van Petrus een voorspelling van toekomstige strijd, die hij als in zijn kiem zich zag ontwikkelen. Zoals Paulus het reeds in de geest had gezien, zo werd het Petrus gewaar, dat het geheim van de boosheid werkzaam was. In enige openbaringen zal het wel reeds zichtbaar zijn geworden en in deze beginselen zag de apostel de toekomstige voortgang van het kwaad en het laatste oordeel. Zo had Christus zelf gezegd, dat na het uitzaaien van het goede zaad op de akker van de wijde wereld de vijand zou komen en heimelijk het onkruid zou uitstrooien, namelijk de kinderen van de boosheid mensen, in wie het kwaad een hoogte bereikt als nooit te voren; want werkelijk staat de Christen als hij ongelovig wordt en tot zonden vervalt, op een trap, waartoe geen goddeloze in Heidendom of Jodendom het ooit gebracht heeft.